Posts tonen met het label complicatie. Alle posts tonen
Posts tonen met het label complicatie. Alle posts tonen

maandag 9 september 2019

Happy heart

"Maar mag ik nog wel alcohol drinken?", vroeg ik als 20-jarige aan de cardioloog tijdens de eerste controle na de allereerste cardioversie. "Jawel hoor,", antwoordde deze, "alleen als je echt veel te veel drinkt kan het zijn dat het hart weer in een ritmestoornis schiet. Maar dan komt dat vooral door de hoeveelheid; we noemen dat een 'Happy Heart'." Ik vind het een jolige benaming die altijd heb onthouden.

Alcohol en Brugada Syndroom is niet echt een happy match weet ik nu. Een aantal jaren geleden hoorde ik bij een infodag in het UMC, dat cardiologen aldaar het gebruik van alcoholische drankjes bij mensen met Brugada Syndroom zeer streng afraden. Wetenschappelijk is aangetoond dat de elektriek van het hart daar zeer geprikkeld van kan worden. En toch verschilt dit per persoon denk ik.

Via Instagram volg ik een aantal mensen met Brugada Syndroom. Daar zitten ook een aantal mensen tussen die zeker geen geheelonthouders zijn. Niet dat zij een probleem hebben, maar er is te zien dat zij regelmatig een wijntje nemen en mogelijk daar dus geen hinder van ondervinden. Good for them.

Helaas heb ik ook andere geluiden gehoord. Vaak is het wel een optelsom en is het niet alleen de alcohol die van invloed is. Meestal speelt het component weinig eten en vermoeidheid ook een rol. Zo weet ik dat iemand een shock van zijn ICD heeft gekregen, nadat hij vermoeid van het werken een biertje nuttigde in een pannenkoekrestaurant. Hij viel op de grond en kreeg een terechte shock; er was dus sprake geweest van een ventriculaire ritmestoornis - de gevaarlijke dus.

Zelf heb ik vrij snel last van mijn hart wanneer ik een drankje drink. Meer dan 1 glas drink ik zeer zelden. Sowieso ben ik geen dagelijkse drinker. Het is mij opgevallen dat de 'zwaardere' drankjes voor een meer geprikkeld hart zorgen. Likeuren, port en de wat sterkere dranken; ik doe het daar wat minder goed op. Ook van een stevige Chardonnay raakt mijn hart al sneller van slag.

In periodes dat mijn hartslag niet regelmatig is, drink ik geen wijn of bier. Ik taal er dan ook niet naar. Het smaakt dan toch niet lekker en de nasleep is het mij dan niet waard. (Lees: extra medicatie om het hart weer te kalmeren.)

Specifieke richtlijnen over alcoholgebruik bij Brugada Syndroom zijn niet opgesteld naar mijn weten. Op de site van brugadadrugs.org staat alcohol aangemerkt  als  'to be avoided' en in de lijst staat deze genuanceerd met 'overdose'. Maar ja, een overdosering alcohol is in principe voor niemand goed natuurlijk.

maandag 17 juli 2017

#appie


Abdelhak Nouri. Tijdens een voetbalwedstrijd keek hij plots een beetje verwilderd om zich heen. Ademde vlug en oogde extreem alert. Hij ging zitten. Liggen...

Het was een dikke week geleden in het nieuws. Niemand kan het gemist hebben. Hartritmestoornissen. Het doet me denken aan Evander Sno en Anthony van Loo. Gelukkig hebben deze twee voetballers na een aanval van ritmestoornissen op het veld, later een ICD gekregen.

Toen ik pas mijn ICD had gekregen werd ik geattendeerd op deze ICD-dragende voetballers. Ik keek de filmpjes op YouTube en huilde tranen met tuiten toen ik zag dat Van Loo, tijdens een wedstrijd, neerviel, een shock kreeg en weer opstond. Iets verdwaasd, maar ogenschijnlijk niets aan de hand!

De sportarts die Evander Sno checkte op zijn fysieke gesteldheid, gaf na de gebeurtenissen rondom het hart van Sno aan dat voetballers altijd grondig worden nagekeken. Op alle mogelijke, veelvoorkomende (!) aandoeningen worden de topsporters gecontroleerd. Niet op zeldzame ziekten. Het is een screening. Natuurlijk wordt het gezonde lichaam als vanzelfsprekendheid genomen; hoe kan iemand anders zulke topprestaties op sportief gebied leveren?

Het is stomme pech. Het komt helaas wel met regelmaat voor, ondanks dat het vaak  een zeldzame aandoening betreft. Op het internet worden lijsten bijgehouden van 'gevallen' sporters. Ineens lijkt het hart de ontzettende, grote, lichamelijke prestaties niet meer te kunnen bolwerken en 'knapt' er iets. Sommigen hebben het geluk te overleven en lijken zonder te veel mankementen hun leven weer, zo goed als het gaat, op te kunnen pakken. Bij anderen loopt het heel verdrietig af.

Na het bericht van Nouri was ik aangeslagen. Het raakte me. Zoals de beelden zoveel mensen hebben geraakt. Ik zag de radeloosheid en verbijstering in Nouri's ogen. Of dacht ik deze te zien, omdat ik die gevoelens zelf kan plaatsen bij het hebben van een hartritmestoornis? Wat zag Nouri? Wat dacht Nouri? Waarschijnlijk dacht hij: "Laat dit stoppen! Laat dat gebonk in mijn borstkas in vredesnaam ophouden!" Ik hoop dat hij rust ervaarde toen hij buiten bewustzijn raakte. Ik hoop dat hij nu rust ervaart. (En terwijl ik dit tik, vraag ik me af of ik dit mag opschrijven. Het verdriet dat de familie nu moet doormaken is onbeschrijflijk en bij een zo goedbedoelde zin als de mijne, is het maar de vraag of het als troostend wordt ervaren...)

Het ambivalente gevoel dat ik ervoer toen mijn zoon (ook een voetballer, maar van een ander kaliber)vorige week, hoorde van de gevolgen van de hartritmestoornissen van Nouri, is niet goed onder woorden te brengen. Hij zette zich op een stoel, leunde met ellebogen op zijn knieën en keek bedenkelijk naar de grond: "Mam, wat heb jij ontzettend veel geluk gehad. Wat ben ik blij dat jij een ICD hebt." Ik slikte en prees ons gelukkig.

#staystrongappie



maandag 8 mei 2017

Hoe gaat een ablatie precies?

Ik schrijf vaker over ablaties. Inmiddels heb ik er een aantal achter de rug en over een tijdje krijg ik er weer eentje. (De planning is wat verschoven door dingen die tussendoor kwamen. Zo gaat dat.)

Op Facebook kwam ik dit filmpje tegen. Geen onbekend filmpje en makkelijk te vinden via YouTube. Het is zeer informatief, hoewel ik mij irriteer aan de manier van spreken van de artsen. Maar goed, dat is mijn manco; ik ben nogal gevoelig voor de manier van presenteren.

Desondanks, interessant materiaal.




maandag 20 maart 2017

Herinneringen (oktober 2013)

Hier denk ik de laatste dagen steeds weer aan terug. De allereerste ablatie en er ontstond een complicatie. Vocht in het hartzakje.

Net uit de narcose, bleef ik steeds maar weer in slaap vallen. Uren later werd ik pas goed wakker. Daarvoor deed ik moeite om wakker te blijven, maar het lukte niet. Mijn ogen waren te zwaar en mijn lichaam trok een ander plan. Pas rond middernacht was ik echt wakker. Ik was wakker en als ik er aan terugdenk, moest ik wel vol van adrenaline zitten. Ik heb gekletst met de verpleegkundigen en maakte grapjes. Het was midden in de nacht dus het was vrij rustig op de hartbewaking.

Ergens halverwege de nacht ging mijn hart rare sprongen maken. Geen paniek, alleen een vreemd ritme. Er werd een cardioloog opgeroepen. Deze keek. Schreef een betablokker voor en ging. Een uurtje later was de ritmestoornis verholpen en kon ik nog een paar uurtjes slapen.

Toen ik die ochtend wakker werd, voelde ik me benauwd, maar ik had geenszins in de gaten dat er iets 'mis' was. Ik had absoluut niet gedacht dat er iets niet ok was. Dat de verpleegkundigen een beetje onrustig gingen schuifelen en elkaar aan gingen zetten tot overleg met artsen; ik zag het, maar ik begreep het eigenlijk niet. Pas toen de benauwdheid werd verklaart na het maken van een echo en die uitwees dat er een vochtophoping bij het hartzakje zat, begreep ik dat er zich een complicatie had voorgedaan. Maar eigenlijk voelde ik op dat moment absoluut geen paniek. Of angst. Wat ik op dat moment wèl eng vond, waren de medicijnen die plotseling en in grote hoeveelheden moesten worden toegediend per infuus.

Dat toedienen van medicatie per infuus vind ik heel eng. Waarschijnlijk ligt dat in het feit dat de laatste chemische cardioversie zo een impact heeft gehad op mijn welzijn destijds, dat er in mijn hoofd een soort alarmbel afgaat als er medicijnen in de lijnen worden gespoten. Ik herinner me dat ik bij elke shot aan de verpleegkundige vroeg wat hij/zij toediende op dat moment. Iedere keer vroeg ik het weer: Wat spuit je in en waarom krijg ik dat? Ik weet dat ik zelf op een gegeven moment vermoedde dat de verpleegkundigen er wel een keertje klaar mee waren, met die Hollandse bemoeial. Ze zeiden het niet.

Een ander ding waar ik steeds aan moet denken is de vraag of ik pijn had. Telkens werd gevraagd of ik pijn had. Hoe mijn pijn voelde en waar ik het voelde. Wanneer ik antwoorde dat de pijn wel te doen was, kreeg ik toch medicijnen. De pijn die ik ervoer was vervelend, maar niet afschuwelijk. Mogelijk kwam dat omdat ik al standaard een pijnstiller kreeg, dat zou kunnen. Zodra ik aangaf iets van pijn te ervaren, kreeg ik een extra shot pijnstiller.

Voor de tweede nacht kreeg ik ook extra pijnstilling voordat de nachtdienst arriveerde. (Ik merk dat mijn mond zich krult tot een glimlach nu ik dit aan het typen ben.) De mannelijke verpleegkundige die dit toediende lachte en zei dat ik dan nu maar eens moest gaan ontspannen (misschien ook wel doelend op de vragen over wat hij in mijn infuus spoot ;)). Zoals dat gaat met een infuus, werkte het medicament erg snel. Ik keek naar de klok, het was tien uur in de avond. Ik lag doodstil in mijn bed en bleef naar de klok kijken. Ineens was het half elf. In mijn ooghoek zag ik de verpleegkundige wuiven, hij ging naar huis. De lichten dimden. Ineens stond een verpleegkundige van de nachtdienst aan mijn bed die vroeg of ik pijn had. 'Nee, nee geen pijn. Maar ik heb wel net pijnstiller gehad en volgens mij werkt die heel erg goed. U houdt mij wel in de gaten hè? Want het spul werkt echt heel erg goed.' Ze keek en glimlachte en ik dacht alleen maar: 'Nou ja, ik heb het in ieder geval gezegd. Laat ik nu maar gaan slapen dan voel ik me morgenochtend weer normaal.'

Eigenlijk was die nacht, de eerste nacht dat ik zo stoned als een garnaal was. Daarna volgden er meer nachten op de hartbewaking en werd voor de nacht wederom aardig wat pijnstilling toegediend. Pas toen ik naar de normale hartafdeling kon, werden er medicijnen gewisseld mede omdat mijn maag ging opspelen. Voor de nachten op de gewone afdeling kreeg ik zonder gemor Xanax. En slapen deed ik. Slapen is goed herstellen natuurlijk.

Ik heb er vaak aan teruggedacht. Ik heb me verbaasd over de hoeveelheid aan medicijnen. Het ogenschijnlijke gemak waarop in ziekenhuizen op de cardiologie medicatie wordt toegedient. Het was mij vreemd.

En met die verwonderingen kwam het besef dat ik echt flink ziek ben geweest na die eerste ablatie. Ik heb het er vaak nog met mijn cardioloog over gehad. Het was pech. Het was een risico van 1 procent per ablatie. Uiteraard speelde de omvang van de ablatie wel een rol; er waren nogal wat littekentjes gemaakt die eerste keer. Maar toch ook de tweede keer en toch is het toen goed gegaan. Na de tweede ablatie zijn er extra controles geweest om er zeker van te zijn dat er niet nog eens vocht rondom het hartzakje was ontstaan.

Bijzondere herinneringen. Bizar. Ik besef mij dat ik toch nog redelijk snel en goed herstelt ben destijds. Pas achteraf las ik hoe verschrikkelijk gevaarlijk het kan zijn wanneer er te veel vocht in het hartzakje zou komen. Gelukkig heb ik dat op dat moment niet beseft en maakte ik mij vooral druk over het niet te veel medicijnen krijgen. Zalig zijn de onwetenden. :)



zaterdag 25 juni 2016

Hepatitis E

De reden dat ik al een aantal weken geen blog heb geschreven, ligt niet aan het hebben van hepatitis E. Het is te wijten aan de medicatie die ik gebruikte. Vanaf het moment dat ik begon met het dagelijks innemen van een bètablokker, had ik moeite om tijd en rust te vinden om te schrijven.


Ik heb een aantal weken lopen stoeien met de dosering bètablokkers. Toen ik eenmaal de, voor mij meest passende, dosering van de ene dag een halve en de andere dag een kwart te pakken had, werd ik niet lekker. Het begon eigenlijk met een sluimerende misselijkheid. Ik had al een paar dagen geen eetlust en ineens werd ik in vlagen misselijk. Die misselijkheid piekte op een zaterdagnacht en bleef aan tot maandag. Aan één stuk bleef ik misselijk.


Vanaf die zaterdagnacht kon ik mijn medicijnen niet meer innemen. Ik hoefde er alleen maar naar te kijken en ik moest spugen. Instinctief gaf ik de medicijnen de schuld. Ik mailde de cardioloog dat ik geen andere optie zag dan de medicijnen voorlopig te laten staan. Deze mailde terug dat er toch eerst een aantal dingen uitgesloten moesten worden om de oorzaak van de misselijkheid te achterhalen. Het kon natuurlijk gewoon een buikgriep zijn, maar de aanloop van de misselijkheid was vreemd. Het duurde al een tijdje.


Op maandagochtend nam ik contact op met de huisarts voor het laten prikken van mijn bloed. Nieren, lever en schildklier werden onderzocht. Dinsdag hoorde ik dat de leverwaarden veel te hoog waren en moest ik nog eens bloedprikken om de serologie te onderzoeken. Uit dat laatste onderzoek bleek op de donderdag die volgde dat ik hepatitis E heb.


Hepatitis E is een virale besmetting die meestal via varkens of wild worden verspreid. Het gekke is dat ik zelden varkensvlees of wild eet. Ik eet weinig vlees en als ik vlees eet, dan is het meestal rund. Het is dus een beetje onduidelijk hoe ik dit virus heb kunnen oplopen. Het ziek worden van dat virus is wel logisch te verklaren; ik gebruik medicijnen die in de lever worden bewerkt of afgebroken. Mijn lever heeft dus dagelijks een aardige stoot 'gif' te verwerken. Mensen die chronisch ziek zijn hebben daarom een grotere kans om ziek te worden na een hepatitis E besmetting dan gezonde mensen. Stomme pech.


Ik ben nu herstellende. Ik voel me eigenlijk prima. Het enige waaraan ik merk dat ik 'ziek' ben, is dat ik veel sneller moe ben en aan dat mijn lever 'tikt'. De lever is als gevolg van de ontsteking iets opgezet en dat voel ik af en toe als ik wat ineengedoken zit of op mijn zij lig.


Sinds die zaterdagnacht heb ik geen medicijnen meer genomen en het gaat best goed. Mijn hart is niet rustig. Alle redenen voor het nemen van medicijnen komen nu weer terug. Tegelijkertijd wil ik die medicijnen niet meer. Ik vind ze 'vies'. Nog meer als tevoren is mijn weerstand tegen de kinidine gegroeid.





maandag 7 december 2015

Allergie en epi-pen

Ik wil er niet aan denken, maar af en toe bekruipt mij wel eens de gedachte 'Maar wat als...?'.

Ongeveer 20 jaren geleden raakte ik bijna in een anafylactische shock als gevolg van een walnotenallergie. Gelukkig werkte ik destijds in het ziekenhuis en waren de juiste medicijnen vlug voorhanden op de Spoedeisende Hulp. Ik kreeg daarna een EpiPen voorgeschreven die ik heel lang bij mij heb gedragen.

Omdat de pen duur is en walnoten behoorlijk goed te elimineren zijn in een dieet, kreeg ik een antihistamine die de allergie vooral dempt zodat er genoeg tijd is om alsnog naar een ziekenhuis te geraken voor de juiste medicijnen. In het ziekenhuis zal dan verder gehandeld moeten worden.

Een EpiPen is een adrenaline injectie. Adrenaline kan ritmestoornissen uitlokken. In mijn geval zal het zeker (ernstige) ritmestoornissen veroorzaken. Ik zou van de regen in de drup kunnen belanden met zo'n levensreddende pen.

Eigenlijk zou ik dit eens moeten bespreken met mijn cardioloog. Anderzijds probeer ik het te relativeren en in risicobeperkingen te denken. Of eigenlijk steek ik mijn kop in het zand omdat het minst gunstige scenario heel eng is.

Ik zet het puntje weer op mijn lijstje 'te bespreken onderwerpen' en blijf vooral erg alert op alle lekkernijen waarin noten verwerkt zijn (vooral walnoten). Soms leidt dat tot 'second best' opties, maar goed, het is dat of een ander zwaarwegender dilemma. ;)

maandag 29 juni 2015

De slag om antibiotica

Koorts is altijd een discutabel punt hier in huis. Als het lot mij treft en ik word ziek, dan ben ik altijd alert op koorts. Zodra de koorts boven de 38 graden stijgt, merk ik dat aan mijn hart. De hartslag wordt onregelmatig en af en toe neemt het hart een aanloopje en stijgt de hartslag naar boven de 150.  Een paar tellen. Precies genoeg om te weten: don't mess with koorts.

Door een behoorlijke amandelontsteking (tonsillitis) kreeg ik binnen een paar uren flinke koorts die ik niet kon onderdrukken met pijnstillers (denk aan dubbele dosis paracetamol en ibuprofen!). Mijn hart liet van zich horen en ondertussen werd mijn keel dichtgeknepen door een monsterlijk opgezwollen paddenstoel met te veel witte stippen. Ik raakte al een klein beetje in de stress en wilde graag kalmerende woorden van mensen die geleerd hebben om mensen in situaties als de mijne, beter te maken.

Ik mailde mijn cardioloog. Ik mailde hem twee keer toen de koorts bleef stijgen. Aangezien ik niet direct een reactie kreeg, belde ik de huisartsenpost. Aldaar kreeg ik van de assistente een reprimande: ik was veel te veel pijnstillers aan het slikken en dat mocht niet. De dienstdoende huisarts adviseerde gewoon maar af te wachten en om de 6 uren pijnstillers te nemen in een lagere dosering. Averechts met hoe ik mij voelde; ik had toenemende pijn en hoge koorts. Maar soit, de dokters woord is wet.

En toen kreeg ik een mail van de cardioloog. Direct een antibioticakuur en een flinke dosis paracetamol strikt om de 6 uren. Andere taal en in mijn beleving, beter passend beleid.

Met dit advies belde ik weer met de huisartsenpost. Hoe tactisch en voorzichtig ik het advies van mijn cardioloog ook bracht, toch voelde men zich op de tenen getrapt en werd ik zeer onaardig te woord gestaan met 'Nou dan moet je maar een kuur hè?'. Gezien de koorts, het hart dat nog steeds onrustig sloeg en de keel die erg pijn deed, mocht ik toch door de avondlucht naar de huisartsenpost komen om mijn keel te laten beoordelen (dat laatste snap ik ook wel - op de bonnefooi antibiotica uitschrijven is natuurlijk een brug te ver.)

Aldaar, bij de huisartsenpost, met een enorm dikke keel, pijn en een onrustig hart, nodigde de huisarts die mijn keel inspecteerde en bevestigde dat er een flinke ontsteking rechts zat en een opkomende ontsteking links, mij uit voor een discussie over het nut van antibiotica en het voordeel hiervan dat iemand met Brugada Syndroom zou moeten hebben. Ik ben deze discussie niet aangegaan. Ik hoorde hem wel, maar ik heb gewoon niets terug gezegd. Toen hij ineens dingen ging zeggen als 'Brugada Syndroom en koorts, dat is moeilijkdoenerij'  en 'een cardioloog kan ook leugens verkondigen', was ik er helemaal klaar mee en wachtte ik op het recept dat uit de printer rolde.

Ik had niet eens de puf om te vragen of de huisarts gecheckt had of de antibiotica gebruikt mocht worden bij het Brugada Syndroom. De apotheek zou het wel zien en checken aangezien ik daar flink gearceerd in het systeem sta.

Het is toch triest dat je in het heetst van je eigen strijd tegen de bacteriën, je ook nog moet strijden om serieus genomen te worden? Om erkent te worden in de extra zorgen die op de moment rijzen?

Ik verwacht niet van huisartsen dat ze het Brugada Syndroom kennen. Ik verwacht ook niet dat zij precies weten hoe zij moeten handelen op het moment dat iemand met koorts die niet onder controle te krijgen is, als de patiënt het Brugada Syndroom heeft.

Wat ik wel belangrijk vind is dat een huisarts luistert en mij (en mijn cardioloog) serieus nemen. Doordat zo'n huisarts mij niet serieus neemt, heb ik het gevoel dat ik hem niet kan vertrouwen. Als ik een huisarts wantrouw, vindt een huisarts mij eigenwijs. Of misschien overdreven. Of paniekerig. Of, nou ja wat dan ook. En ik sta aan de zijlijn en voel me onbegrepen en ziek.

Uiteindelijk vaart niemand hier wel bij, want waar gehakt wordt vallen spaanders.



zondag 13 april 2014

Koorts!

Vandaag sinds tijden (en voor het eerst na de diagnose) heb ik koorts! Alarm!

Nou ja, klein alarm. De koorts was/ is niet torenhoog, maar desondanks ben ik braaf de temperatuur aan het dempen. Het lukt mij om rond de 37.7 te blijven met stipt om de 4 uur ibuprofen.

Koorts is een uitlokker voor een ritmestoornis bij mensen met het Brugada syndroom, met name het gevaarlijk kamerfibrilleren. Mensen met Brugada moeten daarom altijd koorts zo snel mogelijk behandelen en onderdrukken. Uiteraard heb ik altijd mijn ICD nog als het niet lukt om de koorts het hoofd te bieden, maar voorkomen is ook hierin beter dan een shock.

Waarschijnlijk is het één of ander virusje. Mijn hart voelt onrustig en mijn lijf was, vanaf dat ik wakker werd vanochtend, als van lood.

Hopelijk duurt het maar een dagje en is het morgen weer allemaal 'normaal'. ;)

donderdag 30 januari 2014

De draad en de draden

Langzaam maar zeker pak ik de draad weer op. Vooral langzaam en minder zeker dit keer. Mijn conditie laat flink te wensen over. Mijn hoofd gaat stukken sneller dan mijn lijf lijkt bij te kunnen benen.

Sinds een week slik ik weer Procoralan (Ivabradine) vanwege een teruggekeerde sinustachycardie. Weer had ik een gemiddelde hartslag van 110bpm in rust. Terug aan de meds dus. Een tegenvaller, hoewel een continu hoog hartritme ook niet bevorderlijk is voor het oppakken van activiteiten.

Daarnaast viel het mij al een tijdje op dat de ICD steeds zichtbaarder wordt. Het ding was uiteraard altijd al zichtbaar, maar nu kun je de hoeken en randen scherper zien. Sterker nog; ik voel de behuizing van de draden uit de ICD komen en onder mijn sleutelbeen gaan. Bizar gevoel.

Doordat het litteken van de ICD erg dun is (atrofisch) is mijn ICD onder de huid redelijk kwetsbaar. Ik heb wat extra aandachtspunten van de cardioloog gekregen om dit goed in de gaten te houden. De gevolgen van een beschadigde huid zijn groot. Als de draden 'buiten' komen is het hele systeem 'besmet' en zal alles vervangen moeten worden. En ja, that scares the sh*t out of me!

Ik zal dus straks in het voorjaar extra voorzichtig moeten zijn in de zon. Hopelijk kan er bij het eerste vervolgconsult in juni nog eens goed naar gekeken worden.

Vooralsnog weinig spannende dingen op het gebied van een 'normaal leven'. ;)

maandag 23 december 2013

Pericarditis - complicatie ablatie

Na die paar uurtjes slaap in die helse nacht (zie: Ablatie), werd ik wakker met een benauwd gevoel. Ik was kortademig en ik had het gevoel alsof ik een wollen deken had ingeslikt. Het voelde een beetje alsof het buiten mistig was en de astma opspeelde.

Toen de verpleegkundige kwam om mij te helpen bij het wassen, vroeg ik haar of het misschien mistig was buiten. 'Uh, ja? Hoezo?' Ik vertelde dat ik al zoiets dacht omdat ik mij benauwd voelde en ik zei daarom ook 'het zal de astma wel zijn.'. De verpleegkundige reageerde daar niet zo op, na haar hulp liep ze meteen naar de dokterskamer (in het midden van de hartbewaking in een omsloten kamertje). Even later kwam er direct een cardioloog die vertelde dat hij graag mijn longen en hart wilde beluisteren. Hij klopte en tikte. Het was erg onaangenaam, vooral toen hij vroeg of ik even diep in wilde ademen. Een scherpe schurende pijn onder mijn borstkas. Mijn gezicht moet zijn vertrokken in een grimas, want de cardioloog concludeerde: 'Dat doet pijn niet waar?'. Hij wilde meteen een echo maken en binnen 5 minuten kwam hij terug met een mobiel echo-apparaat.

Op mijn linker zij liggen was bijna ondraagelijk, het was alsof al het lucht uit mijn lijf werd geperst en die scherpe schurende pijn bleef ik, liggend op mijn linkerzij, voelen. Met één blik was het al duidelijk; er zat een flinke laag vocht in het hartzakje rondom mijn hart. De cardioloog zei meteen dat dit behandeling nodig had. De pericarditis moest meteen bestreden worden.

De pericarditis is hoogstwaarschijnlijk veroorzaakt door de vele 'brandplekjes' die de cardioloog tijdens de ablatie heeft moeten maken. Het is een tegenreactie van het hart. Hoe meer brandplekjes, hoe groter de kans op een pericarditis. Normaliter mag je 2 dagen na een ablatie gewoon naar huis en zou je al vlug weer wat activiteiten op kunnen pakken.

De dagen die volgden gingen heel vlug en vulden zich vooral met een continu stroom aan medicijnen per infuus. Om de 3 uur kreeg ik een middel dat het vocht in het hartzakje moest doen afnemen. Daarnaast kreeg ik enorm veel pijnstilling.

Op de derde dag kreeg ik ontzettend last van mijn maag en was ik continu misselijk. Er werd iedere keer een medicijn in het infuus gespoten die de misselijkheid deed afnemen, alleen nu leek het spul niet meer te werken. In overleg werd er een wissel aan medicijnen tegen de pericarditis gedaan. Na een controle echo bleek dat te kunnen; er was al veel vocht weggetrokken, maar nog niet voldoende om mij naar huis te kunnen ontslaan.

In de middag werd ik naar de 'gewone' hospitalisatieafdeling gebracht. Wat een rust! Wat een verademing na die drukke hartbewaking. Het gekke was dat ik op die afdeling bijna geen verpleegkundige zag in tegenstelling tot de hartbewaking waar ik continu zicht had op de verplegerspost waar altijd wel 1 verpleegkundige zat. Ik hoefde maar een kik te geven en er stond iemand naast mijn bed.

Zondagmiddag op de hospitalisatieafdeling, foto genomen door mijn dochter


De misselijkheid nam geleidelijk af. Het nieuwe medicijn was wat milder voor mijn maag. Continu had ik 3 zakken infuus en 3 keer daags werden daar medicijnen in pilvorm aan toegevoegd en kreeg ik 3 keer daags een Fraxiparine prik (=bloedverdunner) in mijn buik. Ik voelde mij een chemisch vat, desondanks ging ik mij wel elke dag wat beter te voelen!
 


Vroeg in de ochtend kreeg ik op maandag (dag 6 in het ziekenhuis) het bericht dat ik waarschijnlijk die dag naar huis mocht. Er moesten nog een aantal onderzoeken worden gedaan, een bloedonderzoek en een echo, vooraleer het definitef zou zijn. Uit het bloedonderzoek bleek dat de ontstekingswaarden waren gezakt! Gunstig. Op de echo moest ik lang wachten. Pas om 16:30u kreeg ik de alles bepalende echo.

In detail werd gekeken naar mijn hart. Heel zorgvuldig legde de cardioloog (echt een cardioloog, niet een laborant zoals in NL vaak het geval is!), die de echo deed, uit wat hij zag en wat dat betekende. Erg mooi en interessant om te zien hoe het draadje van de ICD in mijn hart zit 'geplakt'. Ook mooi om te zien hoe de lekkende klep functioneert en te zien hoe het kleine stroompjes bloed laat ontsnappen. In tegenstelling tot de andere klep, die perfect functioneert. Het vocht om mijn hart was zeer goed geslonken. Er lag nog een dun schilletje vocht in het pericard, er was genoeg weggetrokken om mij naar huis te laten gaan! Hoera!

Voor het ontslag kreeg ik een grote tas met medicijnen en een schema mee van wat ik waneer moest slikken. Het was heel veel!

Het was heerlijk om thuis te komen. In mijn eigen omgeving, mijn eigen spulletjes. Helaas bleek ook hoe verschrikkelijk ik conditioneel had ingeleverd. De eerste weken heb ik vooral in bed doorgebracht. Slapend. Pas daarna lukte het om beneden een beetje rond te scharrelen. Die pericarditis had er wel flink ingekickt.